AD – Bart Lelieveld 24-11-21, 16:29
Den Haag wil er alles aan doen om het Eschermuseum alsnog naar de voormalige Amerikaanse ambassade te verhuizen. Daarom wordt onderzocht of de gemeente het gebouw zelf kan ontwikkelen en exploiteren.
Het Eschermuseum is een van de publiekstrekkers in het gebied dat de gemeente graag als het Museumkwartier aanduidt. In het huidige onderkomen aan het Lange Voorhout is geen ruimte meer voor uitbreiding. Daarom werd al eerder gekeken naar een verhuizing naar 100 meter verderop. Daar staat de voormalige Amerikaanse ambassade. Sinds dat monumentale gebouw leeg kwam te staan, wordt er al gezocht naar een nieuwe invulling.
Economische impact
Om de naam Museumkwartier recht te doen, wil de gemeente graag dat de werken van Escher ook in dat gebied te zien zullen blijven. Ook al omdat de stad al te maken heeft met de gevolgen van de coronacrisis en de verbouwing van het Binnenhof, die jaren gaat duren. Want het Eschermuseum heeft volgens het stadsbestuur een ‘aanzienlijke economische impact’.
Maar financieel is een verhuizing naar de voormalige ambassade buitengewoon moeilijk. Het pand moet namelijk 11,5 miljoen euro opleveren. Uit alle eerdere onderzoeken bleek tot nu toe dat het niet rond te breien is. Een openbare verkoop van het gebouw ziet de gemeente eigenlijk niet zitten, omdat ze dan minder invloed heeft op wat er gaat komen.
Gesprekken weer opgepakt
Omdat de gemeente toch het liefst het Eschermuseum in de voormalige ambassade ziet trekken, worden de verhuisgesprekken met het Eschermuseum weer opgepakt. De gemeente laat een aantal mogelijkheden onderzoeken. Daarbij wordt ook gekeken naar het zelf ontwikkelen en exploiteren van het op het Lange Voorhout opvallend afstekende rijksmonument. Daarbij wordt een afweging gemaakt tussen de financiële gevolgen voor Den Haag, versterking van het Museumkwartier en een openbare aanbestedingsprocedure.